Company logo
Aanbouw- en bedieningshandleidingZoekenInhoudsopgaveHome
 
 
Akker activeren en deactiveren
 
 
Procedure
 
 
 
Zo activeert u een akker:
þ
In de app Virtual ECU hebt u de virtuele jobcomputer van de gebruikte machine gekozen, of u hebt een ISOBUS-jobcomputer aangesloten.
þ
Werkmodus van ISOBUS-TC: Standaard
1.
 TaskManager_color - Open de toepassing ISOBUS-TC.
2.
Raak “Akkers” aan.
Er verschijnt een lijst met reeds aangemaakte akkers.
3.
Raak de record met de te bewerken akker aan.
4.
 Partfield_Start - Activeer de akker.
5.
 TRACK-Leader - Open de toepassing TRACK-Leader.
6.
Start een nieuwe navigatie.
De terminal laadt alle gegevens uit het geheugen: akkergrenzen, geleidingslijnen, ritten.
De terminal houdt daarbij ook rekening met de jobcomputer waarmee de akker bewerkt werd. Wanneer u dus tweemaal achter elkaar met de veldspuit de akker bewerkt, worden bij de tweede keer de rijsporen van de veldspuit geladen. Wanneer u echter op de akker met een meststrooimachine rijdt, worden de rijsporen van de meststrooimachine geladen.
7.
Afhankelijk van de machine waarmee u werkt, kunt u in TRACK-Leader een geschikte geleidingslijnrecord aanmaken of kiezen. Meer over geleidingslijnrecords vindt u in de handleiding van TRACK-Leader.
 
 
Wanneer u de akker opnieuw wilt bewerken, moet u in TRACK-Leader naar het menu “Geheugen” gaan en daar de ritten met  TL_Befahrungen_loeschen wissen.
 
 
 
Procedure
 
 
 
Zo beëindigt u het werk:
þ
Navigatiescherm in TRACK-Leader werd opgeroepen.
þ
U hebt de akker in TRACK-Leader bewerkt. Op het beeldscherm kan men de akker met akkergrens, geleidingslijnen en andere akkergegevens zien.
1.
 Back - Beëindig de navigatie in TRACK-Leader.
2.
 TaskManager_color - Open de toepassing ISOBUS-TC.
3.
Raak “Akkers” aan.
4.
Raak de record met de net bewerkte akker aan.
5.
 Partfield_Stop - Deactiveer de akker.
De akker wordt gedeactiveerd. Hierbij wordt hij met alle actuele akkergegevens opgeslagen. Bij de volgende activering worden deze automatisch geladen.