Akker aanmaken
Procedure
Zo maakt u een nieuwe akker aan:
- 2.
- Raak “Akkers” aan.
- ⇨
- Er verschijnt een lijst met reeds aangemaakte akkers. U kunt voor elke akker enkele akkergegevens opslaan. Bijvoorbeeld: Akkernaam, oppervlakte, akkergrens, doseerkaart en hindernissen. Deze gegevens kunt u weer oproepen wanneer u in de toekomst dezelfde akker bewerkt.
- ⇨
- Het formulier voor de gegevensinvoer verschijnt.
- 4.
- Voer in de bovenste regel een akkernaam in.
- ⇨
- Er wordt gevraagd of u de wijzigingen wilt opslaan.
- 6.
- Bevestig.
- ⇨
- De lijst met aangemaakte akkers verschijnt. De nieuwe akker verschijnt op het einde onderaan. Elke akker krijgt een uniek PFD-nummer. De akkers zijn volgens deze nummers gesorteerd. Het nummer ziet u in de akkerlijst telkens boven de betreffende akkernaam. Bovendien ziet u het nummer in de kopregel wanneer u de akker opent.
PFD-nummers
Elk PFD-nummer wordt een enkele keer toegewezen. Zelfs wanneer u een akker wist, wordt het PFD-nummer ervan niet opnieuw gebruikt.
Bij de bewerking van de akkers in TRACK-Leader wordt dit nummer ook bij het opslaan van de akkergegevens in de ngstore-databank toegekend en aan de akkernaam geplakt.
Voorbeeld:
Bewerkingen van de akker PFD1 worden in TRACK-Leader onder “ISOBUS-TC--1” opgeslagen.
Bewerkingen van de akker PFD50 worden in TRACK-Leader onder “ISOBUS-TC--50” opgeslagen.