Company logo
Aanbouw- en bedieningshandleidingZoekenInhoudsopgaveHome
 
 
NAV-900 configureren
 
 
 
Merk op dat u de NAV-900 als systeem voor de automatische besturing altijd volgens de landspecifieke voorschriften door een officiële instantie moet laten aanvaarden en registreren.
 
 
 
Procedure
 
 
 
þ
De gps-ontvanger is via de adapter EXP-900L aangesloten op de terminal.
þ
Het stuurprogramma “AG-200, NAV-900” is geactiveerd.
1.
 Service_color - Open de toepassing “Service”.
2.
Raak “GPS” aan.
Het scherm “NAV-900” verschijnt.
De terminal leest de actuele configuratie van de gps-ontvanger.
3.
Raak “Instellingen” aan.
U ziet nu alle configureerbare parameters.
4.
Configureer de parameters. Welke parameters beschikbaar zijn, leest u op de volgende pagina's. De parameters die u dient te configureren, zijn afhankelijk van de correctiebron en van de activering. Enkel de parameters worden weergegeven die u dient te configureren.
5.
 Back - Sla de configuratie op.
6.
Bevestig.
 
Weiterführende Informationen
Parameter “Frequentie”
Parameter “Positiekwaliteit”
Parameter „Radar Out“
Parameter "Hellinggecompenseerde positie gebruiken"
Parameter “Correctiebron”
Parameter “SBAS+”
Parameter “Correctiesatelliet”
Parameter “MMS-modus”
Parameter “Frequentieselectie”
Parameter “Snelle herstart”
Parameter “Convergentiedrempelwaarde”
Parameter “xFill-modus”
Parameter “Basisdatum”
Parameter “xFill-Premium”
Parameter “Serveradres”
Parameter “Poortnummer”
Parameter “VRS Mountpoint”
Parameter “Gebruikersnaam”
Parameter “Wachtwoord”
Parameter “Radiomodem”
Parameter “Netwerk-ID”
Parameter “Radiomodus”
Parameter “Baudrate”
Parameter “Pariteit”
Parameter “Stopbit”
Parameter “Extern correctieprotocol (ingang)”
Parameter “Gegevensuitvoer”
Parameter “RTK-basisstationsfilter”
Parameter “Basisstation CMR ID”
Licenties overdragen
Radiofrequenties beheren
NMEA-berichten configureren