De basisinstellingen omvatten onder andere: taal, tijd, maateenheden.
Alle instellingen die u hier doet, gelden ook in andere toepassingen en in de aangesloten ISOBUS-jobcomputers.
Parameters in het menu “Terminal”
| |
| Helderheid van het scherm overdag. |
| Helderheid van het scherm ’s nachts. |
| Verlichting van de toetsen. |
| Geluidssterkte van de terminal. |
| |
| |
| Tijdsaanpassing aan de hand van de GMT-tijd. |
| Taal van de toepassingen op het scherm. |
| |
| Als deze parameter geactiveerd is, kunt u screenshots maken op de terminal. |
| Parameter uit de ISO-norm Nummer dat de terminal op de ISOBUS moet krijgen. |
| Activeer deze parameter wanneer de ISOBUS-jobcomputer op de terminal moet worden weergegeven. Deze parameter moet in de meeste gevallen geactiveerd zijn. Op enkele zelfrijdende landbouwmachines moet de parameter worden gedeactiveerd. |
| De terminal maakt in elke toepassing ten hoogste 12 functiesymbolen beschikbaar. Als u aan de terminal een ISOBUS-jobcomputer aansluit die meer functies binnen een scherm heeft, worden de functiesymbolen daarvan over verschillende pagina’s verdeeld. Bovendien verschijnen er navigatietoetsen waarmee u naar de volgende pagina kunt bladeren. Met het getal geeft u aan hoeveel toetsen er moeten zijn om te bladeren tussen verschillende pagina’s met functiesymbolen. |
| Manier van presentatie op de terminal. |
| Activeer deze parameter wanneer de actuele datum en de actuele tijd moeten worden gesynchroniseerd met de satelliettijd. |