Configuratie van de toestellen instellen
De configuratie van de apparaten laat zien uit welke ISOBUS-jobcomputers de terminal de geometrie van elke aangesloten landbouwmachine laadt. De geometrie is nodig om aan de hand van het gps-signaal de positie van alle onderdelen te berekenen. Alleen zo zijn nauwkeurige parallelgeleiding en sectieschakeling mogelijk.
Bij eenvoudige systemen kan de terminal de apparaatindeling automatisch instellen. Vooral wanneer de ME-terminal de enige is die de geometrie van de tractor bevat.
In de volgende gevallen zou het echter nodig kunnen zijn de configuratie van de apparaten handmatig in te stellen:
- ▪
- Als er in de cabine van de tractor een tractor-jobcomputer (Tractor-ECU) is gemonteerd waarin de geometrie van de tractor is opgeslagen. In dit geval zou u moeten beslissen welke Tractor-ECU in de configuratie van de apparaten met andere apparaten verbonden wordt: de toepassing van de ME-terminal of die van de jobcomputer.
- ▪
- Als het systeem de ISOBUS-jobcomputer niet zelf kan configureren. Bijvoorbeeld als de tractor meer dan één landbouwapparaat trekt (bijv.: gierwagen en zaaimachine).
- ▪
- Als de verbinding met een ISOBUS-jobcomputer onderbroken wordt terwijl er een ISO-XML-taak gestart is. In de meeste gevallen wordt de configuratie van de apparaten correct ingesteld, zodra u de ISOBUS-jobcomputer weer aansluit.
- ▪
- Als bij het starten van de terminal deze foutmelding verschijnt: "Apparaatconfiguratie niet volledig."
- ▪
- Als bij het starten van een navigatie in TRACK-Leader de volgende foutmelding verschijnt: "De apparaatgegevens worden nog geladen." Het instellen van de configuratie van de apparaten zou dit probleem kunnen verhelpen.
Procedure
Configureer de apparaatindeling als volgt als u de toepassing ISOBUS-TC in de modus "Standaard" gebruikt:
- þ
- Alle ISOBUS-jobcomputers en virtuele jobcomputers die voor een akker nodig zijn, zijn aangesloten.
- 2.
- Raak "Apparaten" aan.
- ⇨
- Het scherm "Apparaten" verschijnt.
- ⇨
- U heeft het scherm met de apparaatindeling opgeroepen.
- ⇨
- Een lijst met alle op ISOBUS aangesloten apparaten verschijnt. Tussen de apparaten verschijnen hun connectoren.
- 4.
- Raak de waarde in de bovenste regel aan om het eerste apparaat te selecteren.
- 5.
- Op de tweede plaats moet het landbouwapparaat verschijnen dat op de ME-terminal aangesloten is. Raak de regel met het tweede apparaat aan en selecteer een apparaat.
- 6.
- Tussen beide apparaten moet u enkel nog de passende connector kiezen. Raak de regel tussen de apparaten aan en selecteer voor elk apparaat de passende connector.